Vroeger had ik een heilig respect voor consultants. Niet vanwege de maatpakken of lease auto’s – gelukkig is dat verleden tijd – maar omdat ze de wijsheid in pacht leken te hebben. Het overtuigende model waar geen speld tussen te krijgen was. De gestructureerde methode die elk probleem hanteerbaar leek te maken. Een imponerend procesontwerp of een lerende evaluatie.
Als ambtenaar ging ik vooral intuïtief te werk, handig surfend tussen bestuurders – bestuurlijke sensitiviteit heet dat in jargon. Toen ik jaren geleden de overstap naar de consultancy maakte, had ik heel wat in te halen. Ik heb me door een stapel managementboeken heen gewerkt, op zoek naar de juiste instrumenten. Maar werkenderwijs kwam ik er achter dat je als adviseur toch vooral het gereedschap moet verzamelen dat het best bij jou past. Soms gebruik ik een handboortje en laat ik de klopboor thuis. Ik sla wel eens een spijkertje in de muur met een baco of wip ze er juist uit met een klauwhamer. Het gaat niet om het gereedschap, maar om het resultaat dat je als adviseur achterlaat.
Het boek Gedeeld eigenaarschap is onze gereedschapskist voor het bouwen van duurzame samenwerkingen en slimme beleidsprocessen. Je kunt er doe-het-zelvend zo mee aan de slag. Maar de kunst is te variëren op wat we aanreiken. Zo ben ik fan van de mastercircle – een gestructureerde manier om met managementteams veranderingen vorm te geven (zie voor een uitgebreide toelichting pagina 256 van Gedeeld Eigenaarschap). De crux is dat gezamenlijke inzichten moeten indalen, dat deelnemers samen de tijd nemen om tot een omslag in het handelen te komen. Otto Scharmer, grondlegger van de mastercircle, heeft daarvoor vijf stappen bedacht – een intensief traject waarvoor klanten vaak geen tijd hebben of nemen. Daarom doe ik soms een mastercircle-light. Zo heb ik begin dit jaar een 24-uurs sessie met Provinciale Staten mogen begeleiden. Ik heb een marktplaats georganiseerd rondom de concrete projecten waarin de provincie een rol speelt: landbouw, natuur, een snelweg, herindeling enzovoorts. Mensen uit de streek gaven feedback op het functioneren van de politiek. Wat leer je over jouw rol als volksvertegenwoordiger? Dat was mijn vraag. In kleinere groepjes zijn ervaringen uitgewisseld en gezamenlijke veranderopgaven bepaald. In een intensieve sessie met een meester uit het vak – een hoogleraar bestuurskunde – zijn de opgaven uitgewerkt naar een nieuwe manier van werken. Natuurlijk had de griffie ook na de heidagen de handen vol, maar de kiem voor een andere aanpak was gelegd. Besturen vanuit maatschappelijke opgaven!
Ga zelf maar aan de slag met ons boek, dat is mijn advies. Gebruik de recepten en varieer. Ik doe en ik begrijp. Dat is een wijsheid van Confucius. Leren door te doen en door te delen.
Geef een reactie